Murw

3.1.25

In NRC Handelsblad verscheen vandaag een hartverscheurend opiniestuk van Elmedina Dautovic. Als kind vluchtte ze uit Joegoslavië, langs concentratiekampen naar uiteindelijk Nederland. Joegoslavië was haar thuis geweest, maar de nationalistische regering duldde er geen moslims. Het was kortweg vluchten of een massagraf geweest. In haar artikel vertelt ze over de gelijkenissen tussen de democratisch gekozen regering in het Joegoslavië van toen en de anti-islamretoriek van het huidige Nederlandse kabinet. Ze omschrijft hoe de mensen die zichzelf destijds tot “het gematigde midden” hadden gerekend zeiden dat het zo’n vaart niet zou lopen. Zo’n vaart liep het wel weten we inmiddels. De angst dat ze wederom zo’n lot tegemoetgaat, één waarin zij als moslim met een migratieachtergrond tot persona non grata wordt verklaard, voelt Dautovic in haar lijf. En velen met haar.

Dautovic doet in haar artikel een dappere poging om het negatieve beeld van mensen met een migratieachtergrond tegen te spreken, onder meer door haar uitmuntende opleidingen en carrière op te sommen. “In Nederland begon ik na onze vlucht in groep 5, leerde ik de taal, ging ik naar het gymnasium en deed ik eindexamen in dertien vakken. Ik ging studeren en terwijl ik in de verpleeghuiszorg werkte, deed ik twee masteropleidingen en een postmasteropleiding. Ik werk, betaal belasting, ben maatschappelijk betrokken en doe vrijwilligerswerk.” Ze vertelt hoe dankbaar ze is dat ze hier haar leven heeft kunnen leiden. Terwijl ik het las voelde ik de wanhoop, alsof ze ermee wil zeggen: wat willen jullie nog meer van me?! Bovendien: acceptatie zou niet mogen afhangen van je succes of je intellect.

Zo lang ik me kan herinneren voeren we in Nederland al het integratiedebat. Soms heet het iets anders, soms is er weer een andere doelgroep die zich moet aanpassen, maar de laatste decennia ligt de focus met name op Marokkanen, Turken en al wat als moslim beschouwd kan worden. En iedere keer weer verschijnen er artikelen zoals Dautovic schreef (hoe mooi en indringend ik het ook vond om te lezen). Zelf heb ik ook geregeld een duit in ‘t zakje gedaan. De woorden zijn ook al talloze keren uitgesproken. Handreikingen zoals zij doet zijn eindeloos vaak gedaan. Tevergeefs, want zie daar waar we vandaag de dag staan: een extreemrechts kabinet dat in een chokehold wordt gehouden door Geert Wilders. Als het kabinet valt (sommigen zeggen dat het slechts een kwestie van tijd is maar ik durf daar niet op te hopen), wordt de PVV alleen maar groter. Wilders draait met dit kabinet, met al haar walgelijke denkbeelden en ideeën, slechts warm voor wat zal volgen, en ik heb zo’n donkerbruin vermoeden dat wat zal volgen uitermate akelig zal zijn.

Het gevaar schuilt hem in het feit dat velen – ik incluis – murw zijn geslagen. Decennia hebben we onszelf moeten verdedigen, uitleggen en bewijzen en wat heeft het opgeleverd? Een hoop frustratie en de normalisering van het idee dat mensen met een migratieachtergrond – hoe ver terug ook – geen “product” van Nederland zouden zijn. Ik doe in ieder geval niet meer mee aan dat debat. Anderen kunnen mijn aanwezigheid in Nederland bediscussiëren tot ze een ons wegen, – laat Wilders maar lekker in het luchtledige gillen – voor mij is het niet im Frage. Ik wil niet langer de Goede Marokkaan spelen, de welbespraakte, aangepaste, goedlachse en dankbare jonge vrouw, ik ben gewoon mezelf. En als dat niet goed genoeg is voor Nederland, dan zal het me aan mijn mooie Marokkaanse reet roesten.

Vorige
Vorige

Brown sugar girl

Volgende
Volgende

Guilty until proven innocent?